Net zoals bij mensen bestaat jouw pluizige vriend uit 80% water. Anders dan bij mensen is dat katten oorspronkelijk afkomstig zijn uit de woestijn. Ze zijn dus evolutionair gemaakt om lange tijd zonder water te kunnen. Daardoor krijgen ze zelden echt dorst. Want in het wild halen ze voldoende vocht uit hun voeding. Hoewel jouw living er misschien af en toe bij ligt als een fata morgana in de woestijn, is jouw huiskat helaas een heel eind van de Sahara. De accommodatie mag dan wel veranderd zijn, evolutionair is jouw kat nog steeds voorzien op woestijn-omstandigheden en net daar zit het probleem.

Onze huiskatten krijgen dan wel een mooi bordje eten voorgeschoteld, daar zit een pak minder vocht in dan in een echte prooi. We moeten hen dus overtuigen om naast hun eten, ook voldoende water te drinken. Het mag dan wel op een gouden plateautje worden gebracht, je kat zal net zoals zijn voorouders niet snel dorst krijgen. Maar vergis je niet, ze hebben wel degelijk water nodig om gezond te zijn. Dehydratatie of uitdroging bij katten kan serieuze gevolgen hebben waaronder blaas- en urinewegen problemen, tot blaasstenen en nierfalen.

De laatste twee kunnen levensbedreigend zijn. Eenmaal je kat haar nieren falen, is er helaas geen weg terug. Denk dus niet ‘voorkomen is beter dan genezen’, maar redeneer ‘voorkomen, er is geen genezen’!

Uitdroging of dehydratie

Hoe weet je nu of je kat gedehydrateerd is? De makkelijkste manier is door het vel in de nek van je kat lichtjes omhoog te trekken en los te laten. Wanneer het vel niet onmiddellijk terug op zijn plek springt, is de kat uitgedroogd. Andere tekenen zijn; bleek en plakkerig tandvlees, gezonken ogen, trillingen in de poten en verhoogde hartslag. Bij twijfel contacteer altijd je dierenarts!

Voeding: wel of geen vochtaanbrenger?

Tips om je kat van haar water(drink)vrees af te helpen, werden al besproken in dit artikel. Maar naast deze tips om water aantrekkelijker te maken voor je katten, willen we het graag nog hebben over het andere belangrijke onderdeel van vocht binnen krijgen: de voeding.

Zoals we al vermeld hebben, is een kat gewoon om vocht op te nemen via de voeding. Daarom is het in de eerste plaats steeds belangrijk om hoogwaardige, kwalitatieve voeding te kopen. Ten tweede is een dieet van louter droge voeding niet altijd aan te raden. Bij droge korrels wordt het vocht uit de voeding getrokken, waardoor je kat maar liefst tien keer meer moet drinken om te compenseren. Aangezien het al geen aangeboren drinkers zijn, vormt dit dus een grote uitdaging voor jou als baasje.

Maak het jezelf dus makkelijk en schotel je lieveling misschien ook natte voeding voor. De meeste eigenaars hebben van hun dierenarts de raad gekregen om niet alleen natte voeding te geven. De reden hiervoor kan zijn omdat enkel natte voeding sneller voor tandsteen kan zorgen en zo dus ook sneller tandvlees problemen kan veroorzaken, droge voeding schuurt langs de tanden tijdens het vermalen van de brokken en zorgt dus voor minder tandsteen.

Ook is er een enorm kwaliteitsverschil bij de verschillende merken natte voeding. Bij niet kwalitatieve voeding treden er vaker maag- en darmstoornissen op. Kijk daarom altijd even naar de ingrediënten in de natte voeding en zorg dat het om echte voeding gaat en niet om “snoep”. Bij degelijke voeding staan vlees, of vis als eerste in de ingrediëntenlijst en moet er volgens ons toch minimum 35% van aanwezig zijn. Bij twijfel kan je bij ons terecht.

Is het genoeg?

Wanneer je alle tips om je kat meer te laten drinken hebt opgevolgd – hoera! – dan weet je natuurlijk nog niet of Minoes effectief voldoende water binnen krijgt. Want hoeveel moet jouw kat eigenlijk drinken?

Het antwoord hierop is niet zo eenvoudig en afhankelijk van een aantal factoren. Eerst en vooral het lichaamsgewicht en de hoeveelheid activiteit dat uw kat krijgt, bepaalt de hoeveelheid vocht hij/zij verbruikt. Hoe zwaarder of hoe actiever de kat, hoe meer water ze moet drinken. Daarnaast spelen factoren als temperatuur, gezondheid, leeftijd en stress ook een rol. De Beste manier om te bepalen hoeveel je kat moet drinken is op basis van het lichaamsgewicht. Een kat heeft ongeveer 44 tot 66 ml per kilo lichaamsgewicht per dag nodig. Voor een gemiddelde kat van 4 kg ligt dat dus tussen de 176 tot 264 ml. Een groot glas water dus.

Ok, we weten nu hoeveel je kat moet drinken, maar hoe meet je zoiets? Uiteindelijk blijkt dit nog de zwaarste beproeving van allemaal te zijn. Wanneer je ‘s ochtends de schaaltjes en potjes vult met water, meet dan af hoeveel je in de potjes giet. Na 24u verzamel je het overgebleven water en meet je hoeveel er nog over is. Probeer dit een aantal dagen vol te houden en dan kan je een mooi gemiddelde maken van hoeveel je kat drinkt. Heb je meerdere katten in je gezin, dan wordt het al wat ingewikkelder, maar kan je nog steeds bovenstaande methode toepassen. We raden je aan om even een logboek bij te houden. Wanneer je een kat ziet drinken, kan je een streepje zetten. Na een tijdje zal je duidelijk zien, mocht een van je katten te weinig drinken.

En wat als uw kat plots heel veel begint te drinken? Positief toch? Neen. Wanneer u opmerkt dat uw kat plots veel begint te drinken, dan is er vaak een medische oorzaak. Neem dan onmiddellijk contact op met de dierenarts. Bij ernstige problemen, of twijfel, zal de dierenarts een urineonderzoek en/of een bloedonderzoek aanbevelen.

Bron: Wellopet